Objecten toevoegen en het type object wijzigen

Als u objecten (zoals widgets, vormen, tekstvakken, tabellen of diagrammen) aan een pagina in uw boek wilt toevoegen, kiest u 'Voeg in' > 'Kies' of gebruikt u de venstermenu's in de knoppenbalk. Mediabestanden (zoals afbeeldingen) kunt u ook aan een pagina toevoegen door ze te slepen vanuit de mediakiezer, de Finder of een ander programma.

Elk object in een boek is regelgebonden, zwevend of verankerd. Elk object dat u aan een pagina toevoegt is standaard verankerd of zwevend. Voer de onderstaande stappen uit om een object als regelgebonden object toe te voegen of om een object achteraf te wijzigen in een ander type.

U kunt ook eenvoudig de positie van een verankerd of regelgebonden object wijzigen.

Een ander objecttype kiezen

  1. Selecteer het object.

  2. Voer een van de volgende handelingen uit:

    • In de opmaakbalk: Klik op 'Regelgebonden', 'Zwevend' of 'Verankerd'.

      Als de opmaakbalk niet zichtbaar is, kiest u 'Weergave' > 'Toon opmaakbalk'.

    • In het infovenster 'Omloop': Klik op een van de knoppen 'Plaatsing object'.

      Als het infovenster 'Omloop' niet geopend is, klikt u op 'Info' in de knoppenbalk en klikt u vervolgens op de knop 'Omloopinfo'.

Als de regelaars voor het veranderen van het objecttype lichter gekleurd worden weergegeven, kan het zijn dat u een liggende sjabloon in de staande paginarichting bekijkt. Kijk of het probleem is verholpen als u de liggende paginarichting activeert. U kunt ook een titel, label of bijschrift toevoegen aan het object en het dan converteren.

Een regelgebonden object toevoegen

Een regelgebonden object kunt u toevoegen op een specifieke locatie binnen de tekst of binnen een ander object.

  1. Selecteer het object en kies 'Wijzig' > 'Kopieer' of 'Wijzig' > 'Knip'.

  2. Plaats het invoegpunt op de positie waar u het object wilt weergeven en kies 'Wijzig' > 'Plak'.

Een verankerd of regelgebonden object verplaatsen

U kunt een verankerd of regelgebonden object overal op een pagina plaatsen die tekst bevat. Een verankerd object heeft een markering (Markering voor verankerd object) die aangeeft aan welke tekst het object is gekoppeld.

  • Een verankerd object verplaatsen: Sleep het object of de bijbehorende markering (Markering voor verankerd object) naar de tekst waaraan u het object wilt koppelen.

    Wanneer de tekst van een object op een andere pagina komt te staan (omdat er inhoud is gewijzigd), wordt het object op de nieuwe pagina op dezelfde positie weergegeven.

    Belangrijk: Als u een liggende sjabloon gebruikt, kunt u een verankerd object (of de bijbehorende markering) alleen in de liggende paginarichting verplaatsen.

    Verankerd object dat naar een ander deel van de pagina wordt gesleept
  • Een regelgebonden object verplaatsen: Sleep het object.

Als u een onderdeel niet kunt toevoegen, wordt het bestandstype mogelijk niet ondersteund.